Door onze vliegende reporter Willem van Weperen
Regen is een zegen
Het waaide hard dinsdag, tijdens mijn wekelijkse fietsrondje door de Bovenkerkerpolder. Gelukkig viel er ook wat regen. De regen is niet alleen belangrijk om het gras en de mais in de polder goed te laten groeien, maar ook om de bodem zacht te houden. De weidevogels kunnen dan gemakkelijker met hun snavel in de grond komen en de wormen en insectenlarven eruit vissen. Kleine kuikens hebben minder last van droogte, zij vangen insecten van het gras en de kruiden.
Grutto jong in het weiland
Zoals het grutto jong op de foto. In kruidenrijk grasland kunnen jonge kuikens zich gemakkelijk bewegen en verstoppen, daar zijn ze veilig.
Alarmbellen die rinkelen
Naast het Weidevogelpad viel mij een luid alarmerdende tureluur op. Toen ik bleef staan, zag ik in een flits een tureluurkuiken wegduiken. Mijn eerste waarneming dit jaar. “Fiets door!”, leek de moeder steeds nadrukkelijker te roepen.
Grutto op de uitkijk
Door naar de Middenweg. Daar zag ik een alarmerende grutto op een hek. Hij liet het typische, klagende geluid horen, van een grutto die kuikens heeft. Het hek dient als uitkijkpost. Van die hoogte hebben de weidevogels dreigend gevaar sneller in de gaten en kunnen tijdig alarm slaan.
Bruine kiekendief verjaagd
Dat werkt, zag ik een moment later, toen een bruine kiekendief de polder doorkruiste. Onmiddellijk groot alarm en er kwam een leger van grutto’s, kieviten en tureluurs tevoorschijn, die de indringer zeer effectief verjoeg.